Ouders die de eigen bijdrage voor de kinderopvang hebben doorbetaald, krijgen die in juni, uiterlijk juli, vergoed. Dat maken staatssecretaris Van Ark van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en staatssecretaris Van Huffelen van Financiën (Toeslagen en Douane) vandaag bekend in een brief aan de Tweede Kamer. Het kabinet trekt hier 175 miljoen euro voor uit. De Rijksoverheid wil zo snel mogelijk zo veel mogelijk gezinnen en de sector helpen en daarom is gekozen om de eigen bijdrage te vergoeden op basis van de gegevens die bekend zijn bij de Belastingdienst op 6 april.
De Belastingdienst/Toeslagen geeft de hoogte van het bedrag en betaalgegevens door aan de Sociale Verzekeringsbank (SVB). De SVB keert het bedrag rechtstreeks uit aan de ouders en stuurt hen een brief met een berekening van de vergoeding. Het gaat om circa 570.000 huishoudens. Ouders hoeven de vergoeding van de eigen bijdrage niet zelf aan te vragen, maar krijgen het automatisch op hun rekening gestort.
De vergoeding van de eigen bijdrage kinderopvang heeft betrekking op de Corona maatregelen van het kabinet voor de periode 16 maart tot en met 28 april. Bij verlenging van de kabinetsmaatregelen rondom corona en het sluiten van de reguliere kinderopvang zal de eenmalige uitkering betrekking hebben op een langere periode. Dan kan het iets langer duren voordat de vergoeding wordt uitbetaald.
Alexandra Van Huffelen:
Ik ben blij dat het voor ouders nu duidelijk is wanneer zij hun betaalde eigen bijdrage voor de kinderopvang vergoed krijgen. Samen met de Sociale Verzekeringsbank gaat de Belastingdienst/Toeslagen hard aan het werk zodat ouders het bedrag snel ontvangen. Met deze mooie regeling ondersteunen we de kinderopvangsector en houden we deze belangrijke voorziening voor Nederland ook in deze moeilijke tijd op de been.
Eenvoudige regeling
Om de vergoeding zo snel mogelijk uit te kunnen betalen aan ouders, is gekozen voor een eenvoudige regeling op basis van beschikbare gegevens bij de Belastingdienst/Toeslagen. Zo hoeven ouders geen formulieren in te vullen of aparte aanvragen te doen. Om aan te sluiten op de meest actuele gegevens tijdens de sluitingsperiode is gekozen voor de peildatum 6 april. Ouders krijgen de eigen bijdrage vergoed op basis van de gegevens over het aantal kinderen, het aantal opvanguren en het verzamelinkomen die op dat moment bekend waren bij de Belastingdienst. De Belastingdienst geeft dit totaalbedrag per huishouden door aan de SVB en die keert vervolgens het bedrag in de maand juni, uiterlijk juli, rechtstreeks aan de ouders uit.
Afwijkingen mogelijk
Omdat de betalingen gebaseerd zijn op de beschikbare gegevens op de peildatum, kan het zijn dat er sprake is van verschillen tussen de vergoeding en de daadwerkelijk betaalde eigen bijdrage. Dit kan er zowel toe leiden dat de vergoeding iets hoger ligt dan de werkelijke bijdrage of iets lager. De beide staatssecretarissen vragen begrip voor afwijkingen in de uiteindelijke betaling. Het kan namelijk zo zijn dat ouders bepaalde wijzigingen, zoals meer uren opvang of een extra kind op de opvang nog niet voor de peildatum hadden doorgegeven. Dit kan mogelijk leiden tot een verschil in wat ouders betaald hebben aan eigen bijdrage en wat ouders straks ontvangen. Bij grote verschillen is er de mogelijkheid om een herziening aan te vragen of van de bezwaar- en beroepsprocedure gebruik te maken.
Tamara van Ark:
Ik realiseer me dat we veel van ouders vragen om door te betalen ook al maken ze vaak geen gebruik van de kinderopvang. Het gaat er in de eerste plaats om dat kinderen straks weer terug kunnen gaan naar hun vertrouwde plekken. Daarnaast maken we hierdoor de noodopvang mogelijk. Met deze regeling willen we ouders zo snel mogelijk hun vergoeding geven. Waar uit eerdere gesprekken met de sector het de meest begaanbare weg leek om de eigen bijdrage via de kinderopvangorganisaties te vergoeden, kiezen we nu de route waarbij de eigen bijdrage tot de maximum uurprijs rechtstreeks wordt overgemaakt naar de ouders.
Maximum uurprijs
De Rijksoverheid vergoedt voor ouders met kinderopvangtoeslag het deel tot de wettelijk vastgelegde maximum uurprijs. Dat geldt zowel voor ouders die momenteel geen gebruik maken van de kinderopvang als ouders met een cruciaal beroep die wel gebruik maken van de noodopvang. Eerder hebben de brancheorganisaties kinderopvang in een gezamenlijke verklaring de intentie uitgesproken dat kinderopvangorganisaties die een hogere prijs vragen dan de maximum uurprijs, dit gedeelte zelf aan de ouders vergoeden.
Achtergrond
Voor recht op de kinderopvangtoeslag betalen ouders een eigen, inkomensafhankelijke, bijdrage. Om te voorkomen dat ouders hierbij betalen voor een dienst die zij op dit moment niet geleverd krijgen, besloot het kabinet ouders die een eigen bijdrage betalen een vergoeding uit te keren, Ouders houden op deze manier recht op hun toeslag en hun plek op de kinderopvang wanneer deze weer helemaal opengaat.
In de intentieverklaring die eerder met de brancheorganisaties is getekend, werd nog uitgegaan van een oplossing waarin de compensatie tot de maximum uurprijs zou worden overgemaakt aan de circa 3.500 kinderopvangorganisaties, die op hun beurt het bedrag aan de ouders zouden overmaken. Deze variant brengt echter te zware uitvoeringslasten voor de kinderopvangsector met zich mee en heeft met het oog op privacy grote nadelen.
In ongeveer de helft van de gevallen gaat dit om een bijdrage van minder dan 100 euro per maand. Ongeveer een kwart van de mensen betaalt een eigen bijdrage tussen de 100 en 250 euro per maand. Tot slot is er nog ongeveer een kwart van de mensen dat meer dan 250 euro per maand betaalt.
Ouders die geen kinderopvangtoeslag ontvangen, maar gebruik maken van een gesubsidieerd aanbod van de gemeenten krijgen de eigen bijdrage via de gemeente vergoed. Dit geldt vooral voor ouders met een sociaal-medische indicatie en ouders die hun kinderen naar de voorschoolse opvang of peuterspeelzaal brengen.