Kleuters kunnen systematisch experimenteren en conclusies trekken, ofwel: kleuters zijn echte onderzoekers. Dat stelt onderzoeker Joep van der Graaf van de Radboud Universiteit en de Universiteit Twente.
Kinderen in groep 1 en 2 kunnen een experiment zo opzetten en uitvoeren dat van de uitkomst geleerd kan worden, in plaats van dat de kleuters ‘maar wat doen’, zoals eerdere onderzoek wel concludeerden. Ook kunnen kleuters bewijzen evalueren om tot de juiste conclusie te komen, al hebben ze daar soms wel wat hulp bij nodig.
Onderzoekend leren
Joep van der Graaf deed een van de eerste systematische onderzoeken naar ‘onderzoekend leren’. Van der Graaf: ‘Dan heb je het over een vraag als: wat zorgt ervoor dat deze hoge toren niet omvalt. Bij ontwerpend leren zou je het kind vragen: maak een hoge toren.’
Knikkerbaan
Voor zijn promotieonderzoek aan de Radboud Universiteit ontwierp Van der Graaf een dubbele knikkerbaan met vier variabelen waarmee kleuters verschillende vragen konden onderzoeken. Bijvoorbeeld welke knikker verder komt: een zware of een lichte. Hij spitste zijn aanpak toe op de kleuterleeftijd: de kleuters konden de knikkerbanen zelf instellen, de variabelen van de knikkerbanen werden expliciet benoemd en de kinderen mochten het materiaal vooraf bevoelen. Van der Graaf deed het onderzoek op scholen bij honderd kleuters, die elk drie keer werden getest.
Systematisch
Van der Graaf: ’Sommige kinderen gingen meteen systematisch aan het werk en begrepen kennelijk dat je de helling van de banen gelijk moet houden wil je een goede conclusie kunnen trekken. Door uitleg te geven over wat er wel of niet goed ging aan kinderen die niet vanzelf systematisch werken, kunnen ze tijdens het onderzoek leren over hoe je experimenten moet doen.’
Werkgeheugen
Van der Graaf ontdekte dat kleuters met betere zelfcontrole en een beter werkgeheugen, en kleuters met betere grammaticale vaardigheden, gemiddeld betere experimenten kunnen opzetten en beter conclusies kunnen trekken. ‘Voor woordenschat vond ik zo’n verband niet, wat op zich verrassend is omdat dat vaak als een maat voor intelligentie wordt gezien.’
Speciaal basisonderwijs
Tijdens onderzoek in het speciaal basisonderwijs vond Van der Graaf aanwijzingen dat deze moeilijk lerende kinderen óók wetenschappelijke vaardigheden ontwikkelen, alleen langzamer dan de kleuters op de ‘gewone’ basisschool.
Na het afronden van zijn promotieonderzoek is Van der Graaf nu bezig met vergelijkbaar onderzoek dat is gericht op kinderen vanaf groep 6. Hij werkt ook aan twee projecten met een digitale leeromgeving om onderzoekend te leren.
Klik hier voor de samenvatting van het onderzoek en de bijbehorende filmpjes.