Sommige peuters hebben moeite met zelfregulatie: het vermogen om hun gedrag, gevoelens en gedachten te controleren. Een kind luistert dan bijvoorbeeld slecht, blijft lang boos of heeft moeite om op zijn of haar plek te blijven zitten bij activiteiten.
Eye-tracking
Sanne Geeraerts, onderzoeker aan de Universiteit Utrecht, onderzoekt of dit in de babytijd al te voorspellen is. Ze let daarbij specifiek op het kijkgedrag van kinderen en maakt gebruik van oogbewegingsgonderzoek (ook wel eye-tracking genaamd). ‘Eerder onderzoek liet al zien dat sommige aspecten van kijkgedrag bij baby’s, bijvoorbeeld de mate waarin ze hun aandacht kunnen vasthouden op een speeltje, inderdaad voorspellend zijn voor zelfregulatie later in de ontwikkeling,’ zegt Sanne Geeraerts. ‘Deze studies maakten echter geen gebruik van een oogbewegingsonderzoek.’
Uit de eerste resultaten van het onderzoek blijkt dat het kijkgedrag van kinderen, gemeten via oogbewegingsonderzoek de latere zelfregulatie van kinderen inderdaad kan voorspellen. Het oogbewegingsonderzoek geeft nieuwe informatie over de relatie tussen kijkgedrag en zelfregulatie en is nauwkeuriger dan eerdere vergelijkbare studies.
Vroegtijdig signaleren
Het vermogen om gedrag, gevoelens en gedachten te controleren wordt gezien als belangrijke factor voor de ontwikkeling van kinderen. Betere zelfregulatie wordt bijvoorbeeld gerelateerd aan betere schoolprestaties en minder probleemgedrag. In de toekomst kunnen de uitkomsten van het onderzoek professionals mogelijk helpen om ontwikkelingsproblemen vroegtijdig te herkennen en kinderen beter te begeleiden.
Uit oogbewegingsonderzoek aan de Universiteit Utrecht blijkt dat het kijkgedrag van baby’s kan voorspellen of het kind als peuter moeite zal krijgen om eigen gedrag, gevoelens en gedachten te controleren.