Kinderen van 0 tot 6 jaar brengen dagelijks gemiddeld 99 minuten achter een beeldscherm door. De Nederlandse baby-breinspecialist Marion van den Heuvel en de Belgische kinderpsychiater Theo Compernolle maken zich hierover grote zorgen. Speciaal voor Kassa ontmoeten zij elkaar in het onderzoekslaboratorium van Tilburg University en analyseren ze de impact van de tablet op het gedrag van peuters.
Kinderen kijken steeds jonger en steeds langer naar een beeldscherm. In tien jaar tijd is de schermtijd van kinderen van 0 tot 10 jaar verdubbeld.
Toezicht ontbreekt veelal
“Uit onderzoek blijkt dat kinderen tot drie jaar nauwelijks iets leren van een scherm”, geeft Marion van den Heuvel aan. “Wel raken ze overprikkeld, gaan ze slecht slapen, en eigenlijk ben je ze als ouder aan het klaarstomen voor een leven achter het scherm. Waarom zou je dat doen? Alleen als ouders samen met hun kinderen kijken kunnen tv of tablet educatief zijn. Maar uit onderzoek blijkt dat kinderen meestal zonder ouderlijk toezicht achter tv of tablet zitten omdat die vaak als babysit wordt gebruikt tijdens het koken of als de ouder moet werken.”
Theo Compernollemerkt tot zijn afschuw dat er ouders zijn die trots roepen dat hun baby ‘al kan swipen’. Volgens hoef je daar niet trots op te zijn. “Het is een groot misverstand om te denken dat het kind daarvan iets leert. Zo’n baby zit in een spelletje en is geconditioneerd als een diertje.”
Troostregulatiemiddel
De deskundigen waarschuwen ook voor de smartphone als troostregulatiemiddel. Van den Heuvel: “Ik zie dat veel ouders hun smartphone aan het kind geven als hij overstuur is. Het kind wordt dan niet getroost door vader of moeder maar door de telefoon. Als het kind straks een puber is, grijpt hij als troost naar een controller om te gamen. En dat heeft ook weer een verslavende werking.”
Onderzoek en uitzending Kassa
Op een druilerige herfstdag nodigt we voor ons onderzoek vier ouders uit. Ze komen samen met hun peuters naar het universiteitsgebouw in Tilburg. Het gaat om drie moeders en een vader. Ze nemen twee dochters en twee zoontjes mee tussen de 2 en 4 jaar. In de gang wordt eerst gerend en druk met blokken en een treinrails gespeeld. Daarna verdwijnen ouder en kind een voor een in de door ons ingerichte speelkamer. In een aangrenzende kamer kijken de deskundigen via een beeldscherm toe en becommentariëren ze wat ze zien gebeuren.