De digitale wereld is op veel gebieden inmiddels meer het domein van de jeugd dan van de ouders. En dat heeft een paar belangrijke gevolgen voor de ontwikkeling. Met name de snelle toename van ‘gameruggetjes’, obesitas, verslechterde motoriek en bijziendheid nopen tot begrenzing.
Dat schrijft Steven Pont in de Volkskrant. Het is volgens de ontwikkelingspsycholoog en gezinstherapeut.een achterhoedegevecht – en zelfs onwenselijk – om te proberen de digitale wereld terug in de fles te krijgen. Maar omdat de volwassenen van nu in hun jeugd niet zijn grootgebracht in de digitale wereld, voelen ze zich op dat gebied onthand, met als gevolg dat ze er massaal voor kiezen dan maar niets te doen. Ze gaan daarbij uit van enige zelfregulatie, maar het is alsof ze de snoeppot gewoon op tafel zetten in de veronderstelling dat kinderen zelf verstandige keuzes maken.
Tienduizenden extra blinden
Dat laatste blijkt apekool. Zo’n 6 procent van onze kinderen is inmiddels gameverslaafd. Medici maken zich verder zorgen over het aantal ‘gameruggetjes’: nog nooit werden zo veel jonge mensen aan een hernia geopereerd. Ook neemt het overgewicht onder jonge kinderen toe. Vorige maand lazen we uitgebreid in de media dat de motorische fitheid van onze kinderen sterk is afgenomen: het vangen van een bal moet tegenwoordig bij gym worden aangeleerd. En ook de ogen hebben het zwaar: de bijziendheid neemt toe. In Oost- Azië, waar gaming nog meer is ingeburgerd dan bij ons, is ruim 90 procent van de twintigers bijziend, wat de kans op latere blindheid sterk vergroot. Volgens oogheelkundige Caroline Klaver – oogarts en wetenschappelijk onderzoeker – komen er de volgende decennia om die reden in Nederland dan ook tienduizenden extra blinden bij. Het netvlies trekt bij de schermpjesstarende jeugd naar een ovale in plaats van naar een ronde vorm en blijft daarin op den duur als het ware steken.
Meer buitenspelen
Nogmaals, computergebruik zelf is het probleem niet, net zo min als het bestaan van snoep als een groot probleem hoeft te worden gezien. Maar we moeten het als ouders niet laten lopen, om de eenvoudige reden dat we zelf geen ervaring hebben hoe wij als kind daarin werden begrensd. Vooral in de basisschoolperiode zouden kinderen minstens twee uur per dag buiten moeten spelen om zowel hun lichamelijke (rug, ogen en gewicht) als hun sociaal-emotionele ontwikkeling een beetje op orde te houden. Zelfregulatie werkt helaas niet, dus ferm ouderschap is gewenst.
Bronnen: Vakbladvroeg en volkskrant